6. Pieter III Pieterszoon [1799-1835]

Op 13 november 1823 kocht Pieter III [1799-1835] 1, dagloner, bij de publieke veiling van de erven van Bastiaan Pater 2 de voorganger van het huis O21 en een gedeelte van de gronden van O21. 3 De oppervlakte was 56 roeden 77 ellen 4 groot; de koopprijs bedroeg 1075 gulden. Pieter III was zijn vader bij diens overlijden in 1824 200 gulden schuldig. Mogelijk heeft hij dat geld gebruikt ter financiering van de helft van het aankoopbedrag. Zijn vader was een van de twee borgen die voor de andere helft garant stonden.
In 1824 is de oppervlakte van Pieters aaneensluitende gronden bijna dubbel zo groot: 11.010 m2. Het is aan de hand van de maten van de afzonderlijke percelen in de Oorspronkelijk Aanwijzende Tafel [1824] slechts bij benadering te zeggen om welke percelen het bij de koop van 1823 ging. Op basis van de som van oppervlakten en de bedrijfsorganisatorisch meest aannemelijk geachte combinatie zal Pieter III toen de aaneengesloten percelen 157, 158 en 159 hebben gekocht. Dit betekent dat hij al vóór 1824 de overige percelen in bezit gehad moet hebben, waarbij de gronden die hij van Bastiaan Pater gekocht heeft, aansloten of dat hij in de tijd tussen de koop van 1823 en de kadastrale opmeting nog aansluitende percelen heeft gekocht.
Met de hierboven genoemde oppervlakte is het grondbezit van Pieter III in 1824 “normaal” te noemen voor de kleine grondeigenaren in West-Friesland in die tijd. De oppervlakte van zijn bedrijfsgronden kwam overeen met wat in Grootebroek gebruikelijk was. 5
In de omschrijving in een proces-verbaal 6 van 1836 wordt het geheel wat concreter beschreven. Daar staat dat achter het huis een kleine boomgaard van 810 vierkante meter lag, bovendien een weiland en een perceel bouwland die samen 7750 vierkante meter groot waren. Tegen de dijk aan lagen twee percelen rietland; het ene 1930 en het andere 520 vierkante meter groot.
In december 1835 zijn Pieter III en zijn vrouw Maartje Buij een paar weken na elkaar overleden; ze werden beiden niet ouder dan 36 jaar.
Op 8 januari 1836 vroeg Arie Buij, meester-wagenmaker te Wognum en broer van Maartje, aan de daartoe bijeengekomen familieraad toestemming om [een deel van] de onroerende goederen te verkopen. Hij had als voogd over de vier kinderen een inschatting gemaakt van de situatie waarin de nalatenschap verkeerde. 7
Op grond daarvan meende hij tot de verkoop van huis en gronden te moeten overgaan omdat de herstelwerkzaamheden aan het bouwvallige huis in hoge mate beslag zouden leggen op het beperkte familiekapitaal, wat hij niet acceptabel vond omdat dit gereserveerd diende te worden voor het onderhoud van de vier nog in leven zijnde minderjarige kinderen. 8 Op 15 februari 1836 werd door notaris Hulst die kantoor hield te Oosterblokker, een akte opgemaakt waarin de verkoopconditiën werden vastgesteld. 9 In de akte is te lezen dat “ten huize van Jan Damman kastelein in de herberg de Wellekomst te Oosterleek 10 […] [zal worden overgegaan] tot de publieke veiling en verkooping van Een Huis en grond vandien met deszelfs Erve en Boomgaard […], groot Een bunder tien Roeden en tien Ellen, belend Heertje Haas ten oosten en Jan Roos ten Westen — Welk perceel is behoorende aan de gemeenen boedel en Nalatenschap van voornoemde Pieter pieterszoon Roos en Maartje Buij en aan eerstgenoemde aangekomen door koop in publieke veiling blijkens proces verbaal door en ten overstaan van wijlen den te Oosterblokker geresideerd hebbende Notaris Jan Muntjewerff en getuigen op den Dertienden November des Jaars Achttienhonderd Drie en Twintig te Oosterleek gedresseerd en behoorlijk geregistreerd doch waarvan de overschrijving niet heeft plaatsgehad.”
Even verderop in de akte wordt Dirk Heuvel als de koper vermeld. De koopprijs was 1000 gulden. 11
Hoewel er in de transportakte slechts in algemene zin gesproken wordt over huis en grond, erf en boomgaard, is het wel zeker dat Dirk Heuvel alle kavels gekocht heeft omdat er geen andere kopers in de akte vermeld worden. 12
Van fruitteelt voor meer dan privégebruik was in de periode Pieter III nog geen sprake.
Volgens het hierbij gevoegde kaartdetail uit 1855 [afb.15] ging het in die tijd nog om een gemengd bedrijf van akkerbouw en veeteelt.
Toen er op 16 maart 1836 boelhuis 13 werd gehouden, bestond de veestapel uit zes koeien, een kalf, drie schapen en drie honden. De laatstgenoemde waren waarschijnlijk trekhonden of karnhonden, gelet op de prijs die ervoor betaald werd: terwijl de schapen weggingen voor 5 tot 7 gulden, brachten twee van de honden 18 en 14 gulden op.
De enige transportmiddelen die in het boelhuisverslag vermeld worden, zijn een handwagen en een schuit. 14
Vermoedelijk heeft vanaf 1836 Klaas Bruijn met zijn gezin enige tijd op O21 gewoond. In het bevolkingsregister 1821 15 staat op het blad van het toenmalige nummer 19 onder het gezin Roos het gezin Bruijn ingeschreven. Klaas en zijn vrouw Grietje Balk waren afkomstig uit Wijdenes, waren daar op 7 maart 1807 getrouwd en naar Wognum verhuisd waar hun vier kinderen werden geboren. Mogelijk hebben zij over het vrijkomen van de woning gehoord van Arie Buij, hun dorpsgenoot. Een van de kinderen was Marijtje die later trouwde met Pieter IV. [Zie hoofdstuk 7]. Over de jaren 1837-1850 zijn geen gegevens over de bewoning beschikbaar. 16
Volgens het bevolkingsregister over de jaren 1850-1860 woonde Dirk Heuvel [1791-1875] met zijn vrouw Aafje Mol [1795-1870] op nummer 19. 17 Wanneer en waarom zij naar dit adres verhuisd zijn, is niet bekend. Eerder woonden ze op nr. 10. [Zie Bijlage 7.]
In het nieuwe register dat inging in 1861 en in gebruik bleef tot 1900 werden Dirk Heuvel en zijn vrouw in december 1861 ingeschreven op blad 21 dat betrekking heeft op Oosterleek 20/21. Dirk woonde hier tot zijn dood in december 1875. 18
In het voorjaar van 1876 gingen Pieter V en zijn vrouw op nr. 21 wonen.
Opnieuw een Roos op nummer 21. 19 Je zou kunnen denken dat vanaf dat jaar de grond en de gebouwen tot in 1965 eigendom van deze familie zijn gebleven. Maar de relatie van Pieter V met O21 ging in 1876 niet verder dan dat hij de woning huurde. Hoe de gronden successievelijk in zijn bezit zijn gekomen, zal in de hoofdstukken 8 t/m 10 uit de doeken worden gedaan.
Bij de overgang van de locatie naar de Hendrik-tak van de Roosfamilie moet ingezoomd worden op Pieter IV en Marijtje. Daarvoor wordt in het volgende hoofdstuk vijfentwintig jaar terug in de tijd gestart.
Ga door naar Pieter IV
Noten- Pieter was op 31 maart 1822 getrouwd met Maartje Buij. Burgerljke stand Wijdenes-Oosterleek. West-Fries Archief.[↩]
- Oud-notarieel Archief. Oosterblokker, Notaris Jan Muntjewerff. Inv.nr 401 d.d.13 nov.1823. West-Fries Archief.[↩]
- In de koopakte nr.19; in andere archiefstukken aangeduid met huisnummer 13, zoals in de O.A.T. van 1824 of de nummering van de O.A.T. volgend. Zie voor de adressering in de loop van de tijd: bijlage 2.[↩]
- ca. 5677 m2. Bij de invoering van het metrieke stelsel in 1820 bleven voor de nieuwe maateenheden nog wel een paar decennia lang de oude namen in gebruik.[↩]
- Hoogland 2011, 14.[↩]
- Vrede-en politiegerechten in de arrondissementen Alkmaar, Amsterdam, Haarlem en Hoorn. Toegang 39 inv.nr. 203 aktenr. 4. Noord-Hollands Archief.[↩]
- Vrede-en politiegerechten in de arrondissementen Alkmaar, Amsterdam, Haarlem en Hoorn. Toegang 39. Noord-Hollands Archief. In het geval van de familie Roos betrof het zaken die te maken hadden met minderjarige kinderen die een of beide ouders verloren hadden, zonder dat de ouders zelf eerder een voogd of toeziende voogd hadden benoemd. Eenvoudig voorgesteld was de procedure als volgt: Een familielid kwam met een zaak bij de vrederechter; deze riep een familieraad bijeen: een paar familieleden [of goede vrienden] van vaderszijde en eveneens van moederszijde; die raad besprak de zaak, en stelde een toeziende voogd aan of gaven de voogd of de toeziende voogd toestemming om handelend op te treden.[↩]
- Vrede-en politiegerechten in de arrondissementen Alkmaar, Amsterdam, Haarlem en Hoorn toegang 39 inv.nr. 203 aktenr. 4. Noord-Hollands Archief.[↩]
- Oud-notarieel Archief. Oosterblokker, Notaris Dirk Hulst, inv.nr. 416, d.d.15 febr. 1836. West-Fries Archief.[↩]
- Volgens de Oorspronkelijke Aanwijzende Tafel en de kadastrale kaart [1824] lag de Oosterleekse herberg op de noordelijke hoek gevormd door de dorpsweg en de dijk.[↩]
- “op alle en elke Conditien en bedingen na duidelijke voorlezing van dezelven wordt in veiling gesteld bij opbod en afslag het voornoemd perceel hetwelk na herhaalde opbiedingen en gedane afslag heeft kunnen gelden een Somma van Een duizend guldens voor welke somma daarvan kooper geworden is en als zoodanig voor de gezamenlijke Verkooping is erkend den Heer Dirk Heuvel landman woonachtg te Oosterleek dewelke verklaard heeft dezen koop te accepteren en de geheele Koopprijs ten bedrage van Een duizend guldens dadelijk aan handen van den Verkooper heeft betaald waarvoor door denzelve wordt gekwiteerd bij dezen.” [Oud-notarieel Archief. Oosterblokker, Notaris Dirk Hulst, inv.nr. 416, d.d.15 febr. 1836. West-Fries Archief.][↩]
- Dit blijkt ook uit de perceelnummers van de gronden in de verkoopakte van Dirk Heuvel in 1839.[↩]
- publieke veiling aan huis, waarbij de inboedel, wegens schuld of overlijden verkocht werd.[↩]
- Oud-notarieel Archief. Oosterblokker, Notaris Dirk Hulst, inv.nr. 416, d.d.16 maart 1836. West-Fries Archief.[↩]
- Gemeente Wijdenes en Oosterleek. Bevolkingsadministratie inv.nr.1 1821 [bijgewerkt tot 1837]. West-Fries Archief.[↩]
- Suppletoire Aanwijzende Tafel, het register waarin de veranderingen in het grondbezit werden genoteerd. Gemeente Wijdenes- Oosterleek. Toegang 1223 inv.nr.531. West-Fries Archief. Onder Dienstjaar 1837 werd Dirk Heuvel ingeschreven als nieuwe eigenaar van de percelen 157 tot en met 162.[↩]
- Gemeente Wijdenes en Oosterleek. Bevolkingsadministratie inv.nr. 4 [1850-1860]. West-Fries Archief.[↩]
- Volgens de overlijdensakte, Burgerlijke Stand Wijdenes Oosterleek [1875, aktenr. 22] is hij overleden op nr. 22; zijn vrouw in 1870 op nr.21. Er is reden om aan te nemen dat het hier gaat om een administratieve fout.[↩]
- Gemeente Wijdenes en Oosterleek. Bevolkingsadministratie inv.nr.5 blad 21 [fiche 17]. West-Fries Archief.[↩]